Lieve familie en vrienden,
We zijn vanmorgen 19 Juni om 09.00 uur op onze voorlopige eindbestemming aangekomen;
Puerto Montt. Je kunt dus nu voorlopig mailen naar sypacificblue@gmail.com. En we
hebben Skype aan boord.
De afsluiting van onze tocht door de Chileense fjorden was toch weer iets heftiger
dan de bedoeling was. Maar daardoor was het wel een waardig besluit van ons verblijf
in dit ruige, onherbergzame gebied.
We weten niet hoe het hier in de zomer is. Maar de winter is toch wel een periode
met veel regen en vaak harde wind. We zullen binnenkort nog een nabeschouwing schrijven
van deze hele tocht. Want hoewel we al wel een aantal spannende momenten hebben
beschreven is dat niet het hele verhaal. We hebben ook vaak genoten van dit mooie
gebied en dat is nog te weinig naar voren gekomen in de verhalen.
We waren van plan om nog een aantal dagen tussen de eilanden rond Chiloë te blijven
omdat er rustig weer leek aan te komen. Het is daar erg mooi. Je zou kunnen zeggen,
lieflijk. Het lijkt een beetje op Limburg met veel bossen maar dan met mooie ankerplekjes
en veel dierenleven. Maar al gauw bleek dat er eerst flinke wind uit het zuiden
aan kwam. En dan lagen we in dat jachthaventje bij William en Valeska Bannister
niet goed. Daarna zou er weer harde westen- en noordwestenwind komen met veel regen.
Nou ja, het is tenslotte midden in de winter. Morgen hebben we de langste nacht
zoals jullie met Kerstmis.
We besloten dus om donderdagmiddag en vrijdagnacht maar in een keer door te varen
naar Puerto Montt. De afstand is een kleine 100 mijl. Het zou rustig weer worden
met een matig zuiden windje. Dus een nachtje doorvaren was geen ramp. We zouden
om de beurt wacht houden en slapen zoals we altijd doen. We kunnen eventueel nog
een keer terug gaan in November.
Maar ja, het werd toch weer een beetje anders dan we gedacht hadden.
We vertrokken al om 14.00 uur omdat we eerst tussen de eilanden uit wilden zijn
voor het donker werd. Er liggen daar namelijk allemaal grote zalm- en mosselkwekerijen
te dobberen. En die zie je niet in het donker. Hoewel je soms wel een reflectie
op de radar ziet.
Aan het eind van de middag waren we weer op ruim water. Het was, zoals verwacht,
heel rustig weer en we hadden de motor zelfs nog bij.
Rond 18.00 uur, het was net donker geworden, werden we plotseling overvallen door
een flinke regenbui met veel wind. Omdat we voor de wind voeren, en we langzaam
wilden varen om niet in het donker op onze bestemming aan te komen, waren we al
van plan om het grootzeil te strijken en alleen op de kleine fok verder te varen.
Dat hebben we dus maar gauw gedaan. Maar het waaide de hele verdere nacht windkracht
7 (25 tot 32 knopen). Dus zelfs op de fok gingen we veel te hard. We hebben de kleine
fok dus grotendeels ingerold tot er nog maar een zakdoekje van twee vierkante meter
over was en dat strak gezet tegen het rollen. En toen liepen we nog steeds bijna
vijf knopen (9 km/u).
Maar dat was goed. Dan zouden we rond 8 uur 's morgens aankomen. Mooi op tijd.
Het werd dus een ruwe nacht waarbij we erg rolden van links naar rechts omdat we
zo weinig zeil op hadden. Dan heeft de boot weinig steun van het zeil om het rollen
in de golven tegen te gaan.
Ook de navigatie was met dit weer extra belangrijk. Het was stikdonker. Maar met
onze elektronische kaart en radar konden we het goed vinden. En hoewel het pikkedonker
was, was het zicht tussen de buien door behoorlijk goed.
Dus we konden op de wal en op sommige eilanden wel navigatieverlichting zien. Zodat
we, zelfs zonder moderne hulpmiddelen (op "gegist bestek" zoals dat heet) en met
alleen een papieren zeekaart met potlood en liniaal, het ook hadden kunnen vinden.
We controleren de elektronica dan ook nog altijd op de ouderwetse manier. Dan verleren
we het niet.
Maar die moderne hulpmiddelen maken het wel een stuk gemakkelijker. Het geeft een
bevestiging dat je navigatie klopt.
We moesten vooral steeds goed uitkijken voor vissersboten. Want die zitten er hier
genoeg en ze varen alle kanten op.
Het was trouwens ook behoorlijk koud. Het was rond het vriespunt. Dus we hadden
het dekhuis dicht en de verwarming aan. Zonder dit comfort zou het toch wel erg
koud en onaangenaam zijn op zee.
Door het heftige rollen viel het slapen niet mee. Bovendien zat er een "kromme volt"
in de apparatuur waardoor elke paar minuten het ankeralarm afging. Terwijl we dat
natuurlijk op "Off" hadden staan. We hebben van alles geprobeerd en alle apparatuur
"gereset". Maar niets hielp.
Uiteindelijk ontdekte Paula dat het elke keer begon als de dieptemeter minder dan
3 meter aangaf. Dat gebeurt regelmatig doordat het hier meestal meer dan 200 meter
diep is. En dan weet de dieptemeter het niet meer en geeft dan willekeurige maar
foute getallen.
Dat is soms behoorlijk schrikken. Want tijdens die eerste bui, terwijl nog vrij
dicht bij een ondiepte in de buurt zaten, ging ook ineens het dieptealarm af op
2,5 meter. Dat staat afgesteld op 3 meter om ons te waarschuwen als het plotseling
ondiep wordt. Dus normaal gaat het nooit af. Maar als je verkeerde meldingen krijgt
terwijl het meer dan 200 meter diep is schrik je je wel een ongeluk in het pikkedonker.
Dan moet je even diep adem halen en tegen jezelf zeggen: "Dat kan niet! We zitten
goed."
Dat diepte-alarm hadden we dus al af gezet. Maar nu bleek het, ondanks dat het op
"Off"' stond, toch steeds het ankeralarm te "triggeren". Hoe dat kan is ons een
raadsel. Na veel proberen en het diepte-alarm aan- en uitschakelen was dat gedoe
eindelijk over en werd degene die probeerde te slapen niet steeds onnodig gealarmeerd.
Want door zo'n alarm slaap je niet heen.
Toen konden we om de beurt toch even een dutje doen. Maar na aankomst hebben we,
na het ontbijt, allebei even lekker een tukje gedaan op de bank. En dan kijk je
toch weer met voldoening terug op zo'n tocht.
"s Middags zijn we even gaan melden op het kantoor. Het bleek dat Tamara (civiel
ingenieur en bedrijfsleidster van deze scheepswerf, marina en visserijhaven) de
Armada (Kustwacht) al had gebeld dat we er waren. Ze belde ook de Douane omdat onze
invoervergunning van de boot per 1 Juni verlopen is. We hadden wel een email gestuurd
met het verzoek tot verlenging. Maar daar hebben we niks op gehoord. Nu hebben we
een nieuw verzoek ingediend met het faxnummer van de marina er bij. Eens kijken
of dat wel werkt.
Ook hebben we ons afgemeld bij het "Maritime Rescue Coördination Centre" Chili.
Deze MRCC's zijn wereldwijd ingesteld via de "International Maritime Organisation"
en onderling met elkaar verbonden om reddingen te ondernemen en te coördineren.
Ook de "Epirbs" (satelliet noodbakens), zoals wij er een aan boord hebben, spelen
in dit systeem een rol.
Zij hadden ons in het begin van de tocht verzocht om elke avond onze positie door
te geven. Daar hadden we aanvankelijk niet zo'n zin in. We kregen zo'n gevoel van
"Big Brother is watching you".
Maar gezien het toch wel gevaarlijke en afgelegen gebied waar we voeren, leek het
ons niet zo'n slecht idee. Zo hebben ze eens een stel Fransen van een eiland gehaald
nadat hun boot afgefikt was. Toen ze niets van zich lieten horen is men gaan zoeken.
Ze zaten te kleumen op de wal met bijna niks te eten. Dan ben je toch blij dat ze
weten waar je zit. Een ongeluk zit in een klein hoekje hier.
Sinds meer dan anderhalf jaar zijn we nu weer eens in een goed gerunde jachthaven.
Er staat hier o.a. een modern gebouwtje met goede douches en een wasmachine. En,
wat belangrijker is; Er wordt hier onderhoud gepleegd. Meestal zijn de voorzieningen
in Z-Amerika na een paar jaar verlopen, verveloos en kapot. Maar dit is van oorsprong
een scheepswerf en reparatiebedrijf. De boel wordt hier blijkbaar goed gerund.
Er is hier voor de zeilers ook een zitruimte met drie computers en een bankstel.
En er staat een partij boeken om te ruilen.
Ik heb gelijk twee boeken van Piet Vroon (psycholoog en "Volkskrant"-publicist)
gearresteerd. Ze zijn in het Nederlands en gaan o,a, over de ontwikkeling van het
menselijk brein. Aan die twee dikke boeken zal ik voorlopig een hele kluif hebben.
Heerlijk!
Ook ligt hier het 24 meter motorjacht Discovery dat we in Caleta Brecknock ontmoet
hadden. We hebben die mensen toen met de kapitein bij ons aan boord uitgenodigd
voor een borrel omdat ze met zulk koud en ongezellig weer aankwamen. Zielig hoor,
die mensen op een jachtje van 24 meter.
We werden s avonds bij hen aan boord uitgenodigd voor het diner. Wat een riant
leven! Allemaal ruime hutten, een salon en een eethoek en de brug van een oceaanstomer.
En een kok en twee extra bemanningsleden.
De schipper Tomas was erg aardig en die zullen we een dezer dagen wel tegenkomen.
Hij kan ons o.a. helpen met regelen van het hellingen van Pacific Blue, zei hij
toen. En hij zal wel wat klusjesmannen kennen die de boot willen poetsen en in de
antifouling zetten.
We hebben nu nog zes weken voor we naar Europa komen. In die tijd willen we de boot
gaan opknappen en gaan voorbereiden voor de verdere tocht. We willen ook vast regelen
dat de boot begin November op de kant kan voor nieuwe antifouling en poetsen.
Verder willen we van alles in het binnenland gaan bekijken. Want de boot kunnen
we hier veilig achter laten. We hebben al ervaren dat alle toeristische attracties
in de winter gesloten zijn. Maar daar zijn we toch meestal niet zo dol op. Dus dat
geeft niet. Het landschap is echter prachtig. Dus een paar mooie, comfortabele busritten
liggen in het verschiet.
We willen ook een auto huren en een week naar Wolfgang en Gaby in Villarica gaan.
Ze hebben een mooie "cabana" te huur tegen een gereduceerd zeilers-tarief. Dan kunnen
we gelijk zijn drijvende afmeerlijnen teruggeven. Die leent hij uit aan jachten
die onderweg gaan in de fjorden hier. We hebben ze voor hem mee terug genomen uit
Ushuaia en er onderweg dankbaar gebruik van gemaakt.
Wolfgang kennen we van het Patagonia-net op 8164,0 Khz dat hij hier dagelijks onderhoudt
met de meeste zeilers in dit gebied. Ook dat is, behalve het sociale aspect dat
je al een heleboel jachten en zeilers kent voor je ze ontmoet, een extra veiligheid.
We gaan 2 Augustus eerst een week naar Galicië om vrienden te bezoeken. Op 10 Augustus
vliegen we naar Amsterdam en blijven dan tot 30 Oktober.
Veel liefs en tot gauw,
Peter en Paula