Hallo allemaal,

Op 2 juli werden we 's avonds door Giacinto opgehaald met de auto. Hij reed kriskras door de stad om ons het een en ander te laten zien. Daarna reden we naar hun mooie huis en maakten kennis met Carla en hun zoontje Pedro. Konden we eindelijk eens een paar kadootjes uit onze meegenomen voorraad halen. Ze hebben een luxe, splinternieuwe houten bungalow. Ze hadden een mooie houtskool grill in de keukenmuur ingebouwd. Dat was wel prettig want het is 's avonds echt wel fris buiten. Ze noemen dat grillen "Churasco". Er gingen een paar grote, malse stukken biefstuk op. Om half elf namen we afscheid omdat we de volgende morgen vroeg weg wilden.

Na het ontbijt namen we afscheid van Giacinto en gooiden we los. Terwijl we het smalle havenkanaal uitvoeren zagen we de brekers al rollen in de uitgang want er stond ook flink stroom naar buiten. Gisterenmiddag was Giacinto er even met ons heen gereden zodat we goed konden zien hoe we naar buiten moesten. Je moet hier echt geen foutje maken in deze omstandigheden. Als het bij onze nachtelijk binnenkomst ook zo geweest was zouden we niet naar binnen gedurfd hebben. In de havenmond moet je onmiddellijk naar het noorden om een rotsachtige ondiepte vrij te varen. Maar daar ligt een groene boei bij. Gezien de hoge, bijna brekende golven, ging de motor op vol vermogen en tot drie keer toe verdween de boeg onder een golf, die van voor naar achter over het schip rolde. Toen waren we er door. De kuip bleef droog maar er kwam wel wat water door het zwanenhalsje bij de mast. Dat moeten we dus ook maar dicht gaan maken. Het was wel even spannend. Paula wilde foto's maken maar ik wilde dat ze stand by was in geval van problemen. Dus die foto's hebben we helaas niet. Achteraf had het wel gekund. Maar ja, achteraf kijk je een koe in z'n .....enz. Het moet voor de kijkers wel een spectaculair gezicht geweest zijn.

Zoals de voorspellingen al zeiden was er een Noordoosten windje van 2 tot 7 knopen. Weer motorren dus. Maar na middernacht konden we eindelijk zeilen. We hebben tot vanmiddag twee uur geweldig gezeild. Eerst met de wind schuin achter en de fok te loevert. Daarna halve wind langs de kust. Doordat de NW wind van het land waaide waren de golven dus heel laag. We hebben twaalf uur lang acht knopen en soms meer gelopen. Het leek het IJselmeer wel. Ongelooflijk. Dat is lang niet voor gekomen. De gribfiles voorspelden dat de wind zou afnemen en wat zou krimpen. Het is verbazingwekkend hoe snel zoiets gaat. Het ene moment voeren we nog acht knopen en het volgende moment stond de fok bak en was de wind weer ingezakt tot zes knopen.

We hebben ons de afgelopen weken wel wat druk gemaakt over dit stuk kust. Er gaan veel spannende verhalen over ZW-storm en ZO-storm. We zitten tenslotte midden in de winter. Eerlijk gezegd hadden we bij Brazilië niet aan dit soort weer gedacht. Vergelijk het maar met een oversteek naar Schotland in November. Dan maak je je toch wel druk om de weerberichten e.d. Het is hier niet echt koud maar we zijn sinds kort weer aan de Sonnema Berenburg. Het weer kan snel omslaan. En dan zit je hier niet echt lekker want er is dus geen vluchthaven gedurende 300 mijl langs deze, Nederlands aandoende, duinen kust. Het geeft ons een onherbergzaam gevoel. We realiseren ons nu dat je op de Noordzee toch wel erg veel mogelijkheden hebt om uit te wijken. Hier kan je alleen terug naar Laguna of nog verder als de havenmond daar niet bevaarbaar is. En dan moet je weer opnieuw beginnen.

De bekende Belgische zeiler Willy de Roos schrijft dat hij, ook in juli, over de laatste achthonderd mijl wel een week of twee gedaan heeft. Hij wijdt een apart hoofdstuk aan deze "zware tocht". Maar hij is door blijven zeilen c.q. gaan bijliggen als het te erg werd. En ze gebruikten waarschijnlijk ook de motor niet of weinig als het windstil was. En dat gebeurd hier ook nog al eens. Voor dat soort bikkels nemen we ons petje af. Als je zag hoe ruig het van de week al was met windkracht zes. Dan voelen we ons af en toe wel watjes, hoor. Maar goed, het is wel een stuk comfortabeler zo.
We hebben tijdens de Driehoeken Noordzee wel bewezen dat we het kunnen als het moet. Paula heeft wel eens, in een slechte nacht ten oosten van Schotland, tegen 39 knopen wind (over dek) aan zitten kijken, tijdens haar wacht, terwijl Roy en ik lagen te slapen. Toen de wind weer afnam was ze opgelucht dat het nog "maar" 33 was. Maar er zullen weinig zeilers zijn die het echt leuk vinden om twee dagen of nog langer in een hoge zee te liggen hakken.

Het komt hier regelmatig voor dat als de lichte NO-wind krimpt, het dagen lang hard tot heel hard uit het ZW gaat waaien. We hebben ook het gevoel dat de oceaan bij windkracht zes ruwer is dan de Noordzee. En dan kregen we hier ook nog de Brazil Countercurrent flink tegen. Het is trouwens frappant dat we nu juist weer stroom mee hebben. Gelukkig maar. We vragen ons wel eens af of wij nou van die schijters zijn en hoe andere mensen dit doen en ervaren. We zijn niet onmiddellijk bang om te vergaan want het schip doet het goed, maar de vermoeidheid en de klappen die je maakt zijn niet echt leuk. Je kunt weinig anders doen dan zitten en wachten tot het beter wordt. En dan duurt het lang, hoor. Ondanks ons lekkere dekhuis met afsluiting. Ik hoor trouwens net van Paula dat de wind nu alle kanten op draait met twee knopen. Dus dan weten jullie het wel weer.
Lekker de boiler warm stoken voor een warme douche straks. Nu hopen we vannacht om een uur of drie a vier binnen te lopen in Rio Grande. We gaan dan een mijl binnen de pieren voor anker want de stad is nog tien mijl verder de rivier op. Dat hopen we dan morgen te doen met de vloed mee. We hoorden van Paul en Mariëtta dat zij bij het Zee-museum hebben gelegen omdat de jachthaven, even verder, te ondiep is voor hun en ons schip. Bovendien heeft Giacinto zijn vriend Sadie in Rio Grande gebeld om naar ons uit te kijken. Deze vriend werkt daar ook in de buurt in de oude haven; Porto Velho.

Wat leuk is om te vermelden, is dat we sinds een week veel kleine Pinguins in zee zien en de Wenkbrauw Albatros zweeft hier schijnbaar gewichtsloos rond. Hij is niet zo groot als de "echte" albatros maar wel heel mooi en sierlijk om te zien. Dan hebben we in Laguna de grote "Bottlenose Dolphins" gezien en we denken nu ook al een paar keer de rugvinnen van een paar Orka's gezien te hebben. We komen echt zuidelijk nu, he?

Tot schrijfs, Peter en Paula