Neptunus
Paula's ervaring
Klokslag half drie in de morgen van 1 februari, passeerden wij de Evenaar. Niet
veel later kwam vanuit het donker een prachtige Adonis voortgeschreden met bloot
bovenlijf, met om zijn brede sterke heupen een mooie witte omslag doek, Neptunus
God Der Zee aan boord. Zijn lange grijze lokken wapperden in de wind, de staf met
de zilveren Drietand in zijn hand. Neptunus vertelde mij, (Paula) over de schoonheid
en de geheimen van de zee.
Peter en ik hadden een fles champagne klaar staan, om het feit te vieren dat wij
beiden voor de eerste keer de Evenaar zouden overschrijden. De kurk ging van de
fles en wij proosten en wensten elkaar een goede en veilige vaart. Neptunus liet
zich echter niet onbetuigd en dronk er meer dan eentje mee. Hierna offerde Peter
een flinke scheut aan de God Der Zee, en daar mee vroeg hij toestemming en een veilige
doorvaart.
Peter's ervaring
Hierna vertrok Neptunus goed gemutst om 10 min. later opnieuw te verschijnen. In
vol ornaat verscheen Neptunus nogmaals, de moeite genomen om voor Peter terug te
keren in zijn mooiste hoedanigheid. Met de volgende woorden trad Neptunus vanuit
de duisternis naar voren; "Neptunus, God Der Zee, om U te dienen o heer"! Wees welkom
in mijne wateren, Petrus Sagius Visser, in name van mijne Heiligheid, de Goddelijke
Neptunus, God der Zee. Petrus Sagius, ik doop U tot de langste Zeevaarder der Zuidelijke
Oceanen.
Ik wens U een veilige en voorspoedige vaart"!. En zie wat ik in mijn visnet voor U heb gevangen. (Een grote puntzak drop) Hierna moest van Neptunus nog een zeemans ritueel worden uitgevoerd, maar dat is te lang om op te schrijven. Het is wel te vinden in de verzamelde gedichten van Komrij, blz. 163-164, " 'T passeren Der Linie". Na afloop hiervan moest er wederom geproost worden, waarbij Neptunus het wederom niet liet afweten. Ook werd er weer een flinke scheut geofferd, waarna Neptunus vrolijk lachend verdween in de duisternis.
Het was wel jammer dat we de Equator midden in de nacht passeerden, we hadden wat oplopende buien achter de rug, waar gelukkig weinig wind uit voortkwam, maar wat niet weg nam dat het een onrustig nachtje was. Na een uurtje of 2 slaap, was het dan zover. We hebben foto's gemaakt en een filmpje, maar omdat het zo donker was kwam dat niet zo goed uit de verf. Bovendien is de laptop gecrasht dus het is niet zeker of we die nog kunnen terughalen. We zullen eens kijken of ze hem in Brazilië kunnen repareren. Er staat nu de hele dag een mooi constant windje, maar de zee is erg knobbelig, vooral vanmorgen. Gisteren hebben we een hele grote groep jagende Spinner dolfijnen gezien. Helaas kwamen ze niet dicht bij de boot.
Op 3 februari om 03.00 liepen we de baai
van Noronha binnen. Het is een erg open en daardoor ook erg ruime baai. Dus m.b.v.
de elektronische kaart en de GPS vonden we een plekje op 16 m diepte. Dan is het
wel lekker als je 60 m ketting hebt. Er stond een hoge swell in de baai hoewel de
wind vanaf het eiland kwam, maar door het grote kettinggewicht reed de boot soepel
over de golven zonder te rukken en te trekken aan de ketting. Slapen was een stuk
moeilijker want de boot haalde af en toe van 30 graden bakboord naar 30 graden stuurboord
dus je moest je met vingers en tenen aan de matras vastklemmen. Daarom zijn we in
de zeekooien blijven slapen die nacht en ochtend.
Het bleef de volgende twee dagen zo, maar
we hadden voldoende vertrouwen in het anker om de wal op te gaan.
Officieel mag je hier niet aan land omdat het geen "port of entry" is. Er is wel militaire politie maar die bemoeit zich nergens mee. Wat wel een probleem kan zijn is de natuurbeschermings organisatie. Die schijnt in het wilde weg hoge bedragen te vragen om aan wal te mogen. Er staat een wachthuisje bij de pier. We hoorden van anderen dat ze een voorlopige rekening hadden gekregen van 132 reiaal per dag voor het schip en 33 reiaal per persoon per dag. Dat kwam voor hen dan op zo'n 100 euro per dag ( 4 personen). Daar hadden wij natuurlijk weinig zin in en er stond ook nergens dat je je moest melden. Dat hebben we dan ook niet gedaan. Maar soms schijnen die parkwachters je van de straat te plukken als je langs hun wachthuisje loopt. Blijkbaar zagen wij er niet zo als zeilers uit en bovendien hebben we ons wat gedekt gehouden. We hebben dan ook niet betaald voor onze vier dagen. De zesde februari zijn we weer vertrokken naar Cabedelo waar we in de ochtend van de achtste hopen aan te komen.
Het eiland zelf is erg mooi en prettig om te zijn. Qua sfeer heeft het wat weg van Schiermonnikoog. Liften is heel gemakkelijk. Bijna iedereen stopt. Ons eerste probleem was om aan Braziliaans geld te komen. Het was zaterdagmiddag en alles was dicht. Alleen de supermarkt was open en accepteerde de Visacard. Ook dronken we nog twee biertjes die we ook met Visa betaalden. Daarna naar het dorp waar een grote bank was (dochter ABN-Amro), maar daar stonden geen flappentappen.
De volgende dag naar het vliegveld gelift want we hadden geen geld voor bus of taxi natuurlijk. Op het vliegveld was de automaat leeg. Uiteindelijk wist iemand een automaat achter het schilpaddenmuseum. Het was ongeveer naast de toiletten en je zou daar geen automaat verwachten. Ik zonk op mijn knieën toen het geld er uit kwam. Het is lastig als je geen geld hebt. Dat blijkt maar weer. Samen met een ander stel hebben we een VW-buggy gehuurd en zijn we verschillende dingen gaan bekijken en ook heerlijk wezen zwemmen in het prachtige blauwe en lauwe water in de bruisende golven. Ook ben ik nog een keer van de boot gesprongen toen er een grote school dolfijnen vlak langs kwam maar die trokken zich niks van me aan.
We hebben nu regelmatig contact met zeilers.
Er lagen vijf Nederlandse jachten in de baai en maar één of twee andere. We zullen
een aantal van hen nog wel terug zien in Brazilië.
Peter en Paula