Cabo Verde (Groene
Kaap), door ons vrij vertaald "de vuil(e) bruine eilanden".
Er is weinig groens of aantrekkelijks te bekennen.
Gisteren hebben we na veel vijven en zessen Cabo Verde verlaten. We begonnen om
10.00 met uitklaren (anderhalf uur wachten tot de immigratie ambtenaar komt opdagen
voor twee stempeltjes in tien seconden), maar nadat we ook nog eens getankt hadden,
voeren we pas om 16.00 hr uit. We vonden dat we genoeg ge-Cabo'ot hadden. Ondanks
dat we op deze oversteek redelijk dicht langs de eilanden Fogo, Brava en Santiago
komen, hebben we besloten deze niet meer aan te doen.
Maar eerlijk gezegd; we hadden er schoon genoeg van. Waarom! Nou omdat het tamelijk kale stoffige eilanden zijn, waar niet veel te zien en te beleven valt. En als je dan zoals wij deden, met een ferry oversteekt naar het eiland aan de overkant van de baai, word je bijna overvallen, als vliegen op een strooppot, door allerlei kerels die je ergens naar toe willen brengen met hun bus, pick-up, of oude Mercedes. Met 5 of 6 man staan ze om je heen, good price, good price. Maar nergens is informatie over wat er te zien of te doen is, wat een redelijke prijs is om ergens naar toe te gaan. Een mini, mini VVV-tje kon zelfs geen informatie verschaffen.
We moesten nog even naar een bank, omdat
de vorige avond alle drie de cash-machines leeg waren. Nu moet je je voorstellen,
dat je in de richting van het dorp loopt, met allerlei kerels om je heen, of rijdend
in een "te huur" bus, roepende mannen vanuit het raam. Wij brengen je overal naar
toe, wij rijden je het hele eiland over, voor 60/of meer euro per persoon. Het leek
ons en ook nog wat andere mensen tamelijk duur. Na een kop koffie, zijn we in een
pick-up (de aanhouder wint) gestapt en hij bracht ons door de bergen, naar Ribeira
Grande voor € 3,50 p/p. En ik moet zeggen het was een prachtige tocht, met mooie
valleien, diepe kloven en kraters. Het is er ongelooflijk steil. Ribeira Grande
hadden we na een kop koffie wel gezien, maar we hadden af gesproken dat de man ons
een paar uur later weer zou oppikken.
Eigenlijk hadden we er beter aangedaan om nog een dorp verder te gaan. Maar wisten
wij veel, dat Ribeira Grande, de naam Grande niet zou mogen hebben.
Om de tijd te doden hebben we in een leuk fam. restaurantje een pizza gegeten. Waarschijnlijk
was de jonge gerant nog niet zolang bezig. Maar het ging op een erg leuke manier.
De kokkin, zijn moeder??, en hij straalden toen we te kennen gaven dat het heel
lekker was. Helaas waren het heel grote "kleine pizza's" zodat we een doggy-bag
gevraagd hebben. Iets wat ik nóóit doe,maar ik wilde hen niet teleurstellen. En
ik dacht dat onze oppas/boatboy het wel lekker zou vinden. Dat zijn ook van die
dingen, als je met je dinghy het strand op vaart, staan er jonge jongens je op te
wachten, Wie gun je het nou, en wat betaal je 'm straks.
Je leert al gauw bij hoor, en uit eindelijk krijg je je eigen boat-boy. Ze overvragen
in eerste instantie maar we maakten gelijk duidelijk wat hij van ons kon (2 a 3
euro voor een ochtend of middag) verwachten en daarna hebben we geen gezeur meer
gehad.
Het moeilijkste vind ik, hoe je reageren moet op al die mensen die je sieraden,
batik-rokken/jurken of snoep willen verkopen en die maar blijven door drammen als
je nee zegt. En dan het aller moeilijkste, zo'n schoffie die bedelt en zegt dat
hij honger heeft.
We hadden over deze dingen een gesprek met een internet-café houder, die zei: niemand
heeft hier echt honger, bedelen is niet nodig, eerst bedelt hij geld uit je zak
en later rolt hij je portemonnee, en laat je niet in met lui die je ergens mee naar
toe willen nemen. Als mensen geld gaan geven voor alles en nog wat wordt het alleen
maar van kwaad tot erger.
Al met al is het wel jammer, dat er geen goed beleid is ten aanzien van vele zaken en ook op het gebied van toerisme. Het zou het verblijf van toeristen en zeilers zeer aangenaam kunnen maken, wat bij hun geld in het laatje zou brengen. Er liggen nu mooie nieuwe pontons klaar voor een nieuwe jachthaven maar het geld is blijkbaar weer op dus die liggen nu waarschijnlijk te rotten tot ze niks meer waard zijn. Er moet hier nog héél véél gebeuren. We spraken gisteren nog andere zeilers, die het op deze eilanden óók helemaal gehad hadden. Toch jammer, niet waar!.
Wij hebben "onze" boatboy nog even verrast met onze laatste Escudo"s en een P.Blue t-shirt. Hij werd er helemaal opgewonden van en trok hem meteen aan. Zijn enthousiasme was leuk om te zien. Zo werd het een leuk afscheid van de Cabo Verde. Daarna kostte het wel weer twee uur om 100 liter diesel te bemachtigen. En eerst betalen en dan pas tanken. Zoals de waard is vertrouwt hij zijn gasten, zullen we maar denken? Nou willen we niet arrogant westers doen, maar zelfs als je ontzettend je best zou doen om het zo inefficiënt mogelijk te regelen,zou je nog vijf keer sneller zijn.
Nog even heel iets anders. In een ander mailtje
heb ik gezegd dat veel mensen van hier erg mooi zijn en leuk gekleed gaan. Véél
en veel beter dan de meeste toeristen die hier rond huppelen. Ook de kinderen zien
er meestal heel leuk uit, vooral schoon en netjes. En aan de haren van de meisjes,
van jong tot oud, wordt veel aandacht geschonken, leuke vlechtjes en veel (gekleurde)
kralen er in. Ze zijn ook erg vrolijk en speels, kinderen zijn hier nog echt onbezorgde
kinderen. We zijn, nu ik er over na denk, geen zeurende, jankende of driftige kinderen
tegen gekomen. Nou dit is wel weer genoeg, he, voor vandaag.
Veel liefs vanaf Pacific Blue op weg naar Brazilië waar we ongeveer drie februari
aan hopen te komen (Fernando de Noronha).
Peter en Paula